Tara* (53) had alles op orde: een fijn leven, een getalenteerde zoon, een mooie baan, een groot sociaal netwerk en een eigen huis. Tot ze op een dag een man ontmoette die haar leven drastisch zou veranderen. Hoe invloedrijk hij was, zou enige jaren later blijken toen ze zich voor een PTSS liet behandelen bij een GGZ-instelling.
‘Toen we elkaar leerden kennen, droeg Hannes* mij op handen. Hij haalde me al snel over mijn huis te verkopen en met mijn zoon van toen 11 jaar bij hem in te trekken. Hij vond me zo goed in mijn werk dat hij me overtuigde om als zzp’er aan de slag te gaan. Hoezeer ik ook aandrong om de kosten van ons huishouden te delen, van Hannes hoefde dit niet. Het huis was afbetaald, ik moest me van hem vooral concentreren op het opbouwen van mijn onderneming en we zouden onze samenleving bij de notaris vastleggen. Zijn charme was zo woest aantrekkelijk dat ik me liet verleiden om voor het eerst van mijn leven vol overgave te kiezen voor een man en eens niet die sterke stoere, onafhankelijke vrouw te willen zijn. Ongemerkt raakte ik in korte tijd in alle opzichten afhankelijk van hem. Naar de buitenwereld was Hannes één en al vriendelijkheid, maar toen ik eenmaal met hem onder een dak woonde, wist ik niet wat me overkwam.
“Binnen een week na ons samenwonen
kwam zijn ware aard naar voren.”
Tevreden met kruimels
Binnen een week na ons samenwonen kwam zijn ware aard naar voren. Regelmatig kreeg hij uit het niets woede-uitbarstingen die hij op mij afreageerde. Als sensitieve vrouw trok ik me dit enorm aan, vaak uitmondend in huilbuien. Op andere momenten was hij ineens weer superlief voor mij en zorgzaam voor mijn zoon; dan stelde ik me tevreden met de kruimels die ik van hem kreeg toegeworpen. Álles draaide om Hannes en zijn stemming. Ik was hem continu aan het pleasen en ik deed mijn uiterste best een zo fijn en veilig mogelijk thuis voor mijn zoon te creëren. Naar de notaris zijn we nooit geweest, dus het huis stond enkel op zijn naam. Ik durfde met niemand over de situatie te praten, omdat ik verward was en me schaamde. Bovendien zei Hannes dat toch niemand me zou geloven. Hij zorgde er ondertussen voor dat het me niet lukte mijn bedrijf op te bouwen. Zo bleef ik van hem afhankelijk.
Ravage in de keuken
Op een dag barstte de bom. Tijdens een etentje in een restaurant had ik me verdedigd tegen een kwetsende opmerking van hem. Dat zinde hem niet. Eenmaal thuis begon hij apparaten en pannen naar me te gooien. Hij scheurde mijn boeken voor mijn neus doormidden en smeet mijn mooie planten voor mijn voeten. Gelukkig was mijn zoon hier niet bij, hij logeerde bij een vriendje. In een onbewaakt moment lukte het me 112 te bellen. Toen de politie even later aanbelde, liet ik ze de enorme ravage in huis zien. Hannes vertelde ijzig kalm dat we ruzie hadden en dat we allebei met spullen hadden gegooid. Toen ik dit huilend ontkende, zei hij onderkoeld dat ik altijd hysterisch was en dat hij daarop reageerde. De agenten wisten niet wie ze moesten geloven en stelden voor dat één van ons de nacht elders zou doorbrengen. Hannes zei meteen dat hij in het Hilton zou slapen zodat ik de ravage kon opruimen. ‘s Nachts stond hij echter ladderzat tegen de deur te rammen en claimde het recht op zijn huis. Doodsbang belde ik opnieuw de politie in. Deze keer was Hannes niet kalm, hij dreigde met advocaten als ze hem het huis uit wilden zetten. Uiteindelijk gaven ze toe aan zijn dreigementen, want juridisch gezien was het huis inderdaad van hem. Zo moest ik midden in de nacht op zoek naar een andere slaapplaats.
Los van destructieve relatie
Met hulp van een betrokken wijkagent lukte het me uiteindelijk een aantal maanden later me uit deze destructieve relatie los te maken. Met lood in mijn schoenen klopte ik aan bij Veilig Thuis en vertelde ik voor het eerst over al het geweld. Er bleek in onze regio echter geen veilige opvang te zijn voor mijn zoon en mij, dus met het schaamrood op mijn kaken moest ik familie en vrienden om hulp vragen. Zij waren verbijsterd en ik was volkomen in de war, had geen werk, was ook niet in staat om te werken, had geen huis, geen huisraad en al mijn spaargeld was op. Hulp vanuit de gemeente was er niet en een urgentieverklaring voor een sociale huurwoning kregen we niet. Er was geen enkel uitzicht om uit deze situatie te komen en alsof het allemaal niet erg genoeg was, bleek dit het begin van nog meer ellende.
Klassieke psychopaat
Na een periode van een aantal maanden waarin ik uitsluitend gericht was op overleven, vonden we met veel geluk een eenvoudige huurwoning op de particuliere markt. Hannes liet ons echter niet met rust en gunde ons geen nieuwe start. Zo kostte het juridisch heel erg veel moeite om onze persoonlijke bezittingen terug te krijgen en deed hij valse meldingen bij de politie dat ik mijn zoon zou mishandelen. Er werd bij mij PTSS gediagnosticeerd en ik startte een behandeling op de afdeling Psychotrauma van een ggz-instelling. Ik vertelde mijn behandelaar tot in detail over het psychische, fysieke en seksuele geweld. Hoe heftig ook, ik wilde de onderste steen boven krijgen om deze trauma’s te kunnen verwerken. Naar aanleiding van mijn verhalen, de brieven en e-mails van mijn ex en diverse geluidsopnames die ik soms tijdens zijn woede-uitbarstingen had gemaakt, concludeerde mijn behandelaar dat Hannes alle kenmerken heeft van een klassieke psychopaat. Omdat ik wist hoe manipulatief en dreigend Hannes kon zijn, maakte ik me soms zorgen dat Hannes erachter zou komen waar ik in behandeling zou zijn en dat hij zich ook hier een ingang zou weten te verschaffen om mijn herstel te dwarsbomen. Mijn behandelaar stelde mij echter telkens gerust; er wordt immers nooit met derden gesproken zonder expliciete toestemming van de cliënt en al zeker niet met een ‘dader’.
“Blijkbaar had mijn ex zonder mijn medeweten
contact gehad met de GGZ-instelling.”
Brief van de GGZ-instelling
Na ongeveer acht maanden traumabehandeling kon ik weer voorzichtig vooruitkijken. De behandelfrequentie werd opgevoerd om de behandeling binnen een aantal maanden tijd af te kunnen ronden. Tot er een envelop van de GGZ-instelling op mijn deurmat viel. Nietsvermoedend maakte ik de envelop open en sloeg steil achterover. Het bleek een kopie te zijn van een brief gericht aan Hannes, ondertekend door de manager van Psychotrauma. Blijkbaar had mijn ex zonder mijn medeweten contact gehad met de instelling. Mijn angsten, herbelevingen en nachtmerries kwamen in één klap terug. Uiteraard heb ik mijn behandelaar meteen om opheldering verzocht, maar omwille van de privacy van Hannes kreeg ik deze niet. Mijn privacy en het medisch beroepsgeheim deden niet ter zake. De vertrouwensband met mijn behandelaar was hierdoor uiteraard ernstig beschadigd en de behandeling werd door hem stopgezet, zonder dat mij een alternatief werd geboden waardoor mijn behandeling van de een op de andere dag stil kwam te liggen en mijn ptss-klachten heftig verergerden.
Dubbel trauma
Doordat de instelling de man beschermde waardoor ik trauma’s had opgelopen, stapelde zich trauma op trauma. Met hulp van een patiëntvertrouwenspersoon probeerde ik opheldering en erkenning te krijgen, maar helaas zonder enig resultaat. Ook vroeg ik de instelling meermaals om hulp voor mijn ernstig verergerde gezondheidsklachten. Na een langdurige en psychisch belastende Wkkgz-klachtenprocedure (Wkkgz = Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg, red.) werd ik door de klachtencommissie in het gelijk gesteld. De instelling erkende echter geen schuld en alle vragen zijn onbeantwoord gebleven. Met welke dreigementen Hannes bij Psychotrauma heeft weten binnen te dringen, is nog steeds niet opgehelderd. Na de gewonnen klachtenprocedure heb ik een advocaat in de arm moeten nemen om een gerechtelijke procedure aan te spannen en alsnog opheldering te verkrijgen. Helaas ligt deze zaak om financiële redenen stil. Vanwege mijn beperkte psychische belastbaarheid heb ik ook nog geen aangifte kunnen doen, noch tegen de instelling, noch tegen mijn ex.
Veerkrachtig overeind
Het heeft veel tijd gekost om een nieuwe traumabehandelaar – uiteraard bij een andere instelling – in vertrouwen te kunnen nemen. Mijn behandeling is enkele jaren later helaas nog steeds niet afgerond. Ik heb de afgelopen jaren onder andere ingezien hoe ontzettend veerkrachtig ik eigenlijk ben. Dankzij mijn werkervaring heb ik als ervaringsdeskundige met huiselijk geweld de afgelopen jaren meer bewustzijn over dit taboe-onderwerp weten te creëren, op zowel lokaal als landelijk niveau, zowel fysiek als op social media. Onder pseudoniem (in verband met mogelijke represailles van mijn ex) organiseer ik (online) bijeenkomsten voor lotgenoten en professionals over psychisch geweld. Verder lever ik op de achtergrond bijdragen aan documentaires en beleidsstukken. Langs deze weg krijg ik alsnog een stukje erkenning. Mijn missie is dat er meer bewustzijn komt over (psychisch) geweld achter de voordeur, zodat het gedrag van mensen zoals Hannes eerder wordt herkend. Ook is het van groot belang dat hulpverleners deze destructieve patronen veel eerder (h)erkennen, want dit zal de maatschappij een hoop onnodige slachtoffers en een hoop geld besparen. Ook het doen van mijn verhaal aan de Verhalenbank Psychiatrie draagt hieraan bij. Ondanks alles wat ik heb meegemaakt met mijn ex en alles wat hij na het beëindigen van de relatie heeft weten te bewerkstelligen om mij te breken, ben ik met vallen en opstaan toch veerkrachtig overeind blijven staan. Ik zie deze kracht terug in mijn 16-jarige zoon, die met zelfvertrouwen, slim en sociaal in het leven staat.”
*Omwille van privacy zijn namen en herkenbare details aangepast.