Pas later realiseerde Pieter* (47) zich dat zijn eerste psychose een diepere oorzaak had. Stress heeft altijd al een grote rol gespeeld in zijn leven en bereikte een dieptepunt door een conflict met zijn compagnon. Dat leidde tot een psychose. Via de huisarts en een psychiater belandde hij in een GGZ instelling. De behandeling duurde jaren en hij schoot er niks mee op. Daarom besloot hij met de behandeling te stoppen en zelf op onderzoek uit te gaan. Hij ontdekte een verband tussen zijn psychoses en de ervaringen uit zijn jeugd.
“Mijn oom en tante konden zelf geen kinderen krijgen en hadden mij graag om zich heen als surrogaatzoon. Ik was regelmatig bij hen en besefte toen nog niet dat onze verhouding niet helemaal gezond was. Er deden zich ook een aantal incestueuze incidenten voor. Mijn ouders hadden niet door wat er speelde en als kind wist ik ook niet hoe ik de situatie bespreekbaar moest maken. Het bracht een hoop stress met zich mee, al was ik me daar destijds niet van bewust. Achteraf verklaart het mijn gevoeligheid voor psychoses. De eerste keer dat het mis ging was ik al volwassen.
Compagnon speelde machtsspelletje
Ik was als architect betrokken bij een groot en risicovol project en mijn compagnon speelde een machtsspelletje. Het ging om veel geld en hij knoeide zodanig met de boekhouding dat ik richting een faillissement ging. Er waren allerlei mensen bij betrokken en ik stond met mijn rug tegen de muur. Ik sliep steeds slechter en werd prikkelbaar. De huisarts verwees me door naar een psychiater en die gaf me antipsychotica. Die onderdrukten de prikkels, maar de stressvolle omgeving bleef. Om een einde aan de stress te maken, stapte ik uit het project met mijn compagnon. Daarop volgde echter nog een lange financiële nasleep en ik belandde weer in een psychose.
“De psychiater stelde geen diagnose en
gaf geen inzicht in mijn ziektebeeld.”
Geen diagnose
Dit keer duurde de behandeling in totaal bijna vier jaar. Ik kreeg een relatie en werd vader, maar door het slepende conflict met mijn compagnon liep die relatie niet goed. Ondertussen schoot de behandeling niet op. In het begin was ik openhartig en vertrouwde ik erop dat de mensen die ervoor geleerd hadden mij antwoorden zouden kunnen geven. Maar hoe langer ik daar rondliep, des te bozer ik werd. Want mijn psychiater stelde geen diagnose en gaf geen inzicht in mijn ziektebeeld. Ik heb uiteindelijk vrij abrupt de behandeling beëindigd en hem gevraagd om een diagnose. Ik had zelf het vermoeden dat ik PTSS had en dat wilde hij bevestigen. Toen vroeg ik me af waarom hij daar zelf niet mee was gekomen. Het voelde alsof hij over de rug van kwetsbare mensen geld aan het verdienen was, zonder ze daadwerkelijk verder te helpen.
Minder prikkels
Door wat ik zelf inmiddels had gelezen was ik tot de conclusie gekomen dat mijn psychoses met name worden getriggerd door een te hoog stressniveau. Stress tast je hersenen aan, dus ik heb mezelf de tijd gegund om daarvan te herstellen. In het begin leefde ik als een soort kluizenaar. Gaandeweg vond ik manieren om minder geprikkeld te raken. Mijn hectische bestaan als architect ruilde ik in voor werk waarbij ik meer buiten kon zijn en meer onderzoek kon doen in het sociale domein. Ook heb ik afscheid genomen van een aantal mensen die niet goed voor me waren. Zolang ik mijn stressniveau kan reguleren, heb ik mezelf in de hand. Medicatie heb ik nu ook niet meer nodig en daar ben ik heel blij om, want de bijwerkingen zijn niet mals.
“Mijn psychoses worden met name worden getriggerd
door een te hoog stressniveau.”
Eigen verhaal tastbaar maken
Mijn eigen onderzoek en de mensen die ik op mijn pad heb leren kennen hebben een nieuwe bron aan creativiteit bij me geopend. Ik schrijf en teken veel. Door mijn eigen verhaal tastbaar te maken in woorden en in beelden, kan ik er beter naar kijken en het een plek geven. Ik word me steeds bewuster van hoe mijn eigen levensverhaal een gevolg is van wat mijn voorouders hebben meegemaakt. Gedrag en ervaringen van voorgaande generaties leven voort in mijn vader, mijn oom en in mij. In de opvoeding van mijn eigen zoon probeer ik dat gegeven mee te nemen en ik vertel hem in alle openheid over mijn psychotische verleden.
Van afstand geobserveerd
Binnen de GGZ heb ik die vorm van onderzoek gemist. Ik werd als cliënt met een afstand bekeken en geobserveerd. Ze keken naar mijn symptomen, niet naar wie ik ben als mens en wat mij gevormd heeft. Daar zijn psychiaters en psychologen minder in geïnteresseerd. Alles wat ik heb meegemaakt en geleerd wil ik graag inzetten om anderen te helpen. Daarom ben ik begonnen aan een opleiding als ervaringsdeskundige. Het is een verademing om op zo’n open manier over zorg te praten en ervaringen van anderen te horen. Ik hoop dat de GGZ op een dag een stap voorwaarts kan maken en er meer aandacht komt voor de mens achter de patiënt.”
*Omwille van privacy zijn namen en herkenbare details aangepast.