We zijn als mens zo kwetsbaar en we moeten worden gezien en gehoord

Drie keer in zijn leven had Jos* (71) een psychose en werd hij opgenomen. Die gebeurtenissen hadden grote impact op zijn leven, zijn werk en zijn relatie. Hij heeft een hoop ellende meegemaakt, maar inmiddels kan hij erop terugkijken met een mildere blik. Het heeft hem namelijk ook veel gebracht en hem gemaakt tot wie hij nu is. Met alle ervaring en kennis die hij heeft kan hij anderen weer helpen. Grote steun en troost vond hij in het werk van een Joodse psychiater, die in de Tweede Wereldoorlog de concentratiekampen overleefd had en die hem inspireerde om in elke situatie betekenis en zingeving te vinden.

“Dat ik in de wereld van de psychiatrie terecht kwam, was een onverwachte gebeurtenis. Ik werd opgenomen voor een psychose, maar het werd nooit helemaal duidelijk waar die vandaan kwam. Een mogelijke verklaring is dat het getriggerd werd door een kalmerend middel dat ik toen gebruikte, want het was een drukke tijd. Ik was getrouwd, had twee kinderen en deed uitdagend werk. De bedrijfsarts schreef me medicatie voor om tot rust te komen. Dat medicijn is later uit de handel genomen, want het bleek voor veel mensen nare bijwerkingen te hebben. Ik merkte op een gegeven moment dat ik de controle en het contact met mijn omgeving verloor en om iets te forceren nam ik alle resterende pillen tegelijk in.

We spraken er niet meer over

Mijn vrouw vond me bewusteloos in de badkamer, ik werd naar het ziekenhuis gebracht en toen ik wakker werd, raakte ik in een enorme psychose. Daarop kreeg ik een injectie, werd vastgebonden en in een isoleercel gezet. Het was een vreselijke tijd, voor ons allemaal. Na een paar maanden was het voorbij. Ik kreeg een andere leuke baan, we verhuisden naar een prachtig huis en alles raakte op de achtergrond. We spraken niet meer over die periode. Tot ik jaren later de behoefte kreeg om op carrièregebied nieuwe stappen te zetten. Dat, in combinatie met een medische ingreep, was waarschijnlijk de aanleiding voor een tweede psychose. Pas toen werd – in gesprekken met de artsen – duidelijk hoezeer mijn vrouw had geleden onder de eerste psychose en dat ze er allerlei gedachtes en aannames over had die ze nooit met mij heeft besproken.

Nazorggesprekken

Na de opname mocht ik weer naar huis, maar dat zag mijn vrouw als een te grote belasting. Dat begreep ik wel, en tegelijkertijd had ik geen behoefte nog langer in de gesloten instelling te zitten. Je mag er niet uit, je krijgt alleen een psychiater te spreken wanneer het diegene uitkomt en je wordt er niet gehoord. Toen ik uiteindelijk naar huis mocht en mijn vrouw akkoord was, volgden nog een aantal nazorggesprekken met de psychiater waarbij op mijn verzoek mijn vrouw aanwezig was. Hij begon haar allerlei vragen te stellen en dat maakte haar boos. Ik was de patiënt, niet zij. Ze vond dat ik haar er had ingeluisd en dat heeft voor haar iets fundamenteels beschadigd. Uiteindelijk heeft dat tot een scheiding geleid en dat neem ik deze psychiater ontzettend kwalijk. Hij heeft mijn relatie kapot gemaakt.

“Steeds vaker vroeg ik me af hoe dat kon,

al die verschillende meningen van behandelaren.”

Paranoïde psychose

De derde keer dat het mis ging, waren we inmiddels gescheiden en mijn dochter woonde bij mij. Ik had een nieuwe baan en had hiernaast nog een uitdagend project vanuit mijn vorige baan. Dat bleek een te grote belasting en daaruit is een paranoïde psychose ontstaan. Ik had het gevoel dat ik continu in de gaten werd gehouden in verband met bedrijfsgeheimen en dat er ook anderen bij betrokken waren. Mijn dochter stond gelukkig stevig in haar schoenen en had in de gaten dat het niet goed met me ging. Midden in de nacht belde ze een goede vriend van mij, ze maakte koffie, ging weg en zei tegen ons dat we moesten praten. Dat hielp me. Pas veel later vertelde die vriend dat ik enorm op hem had gescholden en we slaande ruzie hadden.

Nadruk op de diagnose

Ik kwam weer bij een andere psychiater terecht. In eerdere behandelingen was vooral gekeken naar mij als persoon, maar deze man ging diagnosegericht te werk. Manisch depressief, luidde zijn diagnose, en hij schreef medicatie voor. Psychiaters die ik daarna had, keken weer met een andere bril naar mijn dossier. Steeds vaker vroeg ik me af hoe dat kon, al die verschillende meningen van behandelaren. Ik wilde ook weten waar de psychoses überhaupt vandaan kwamen. De medicatie was langzamerhand symbool geworden voor de diagnosegerichte behandeling en tastte mijn nieren aan. Onder begeleiding ben ik begonnen af te bouwen en uiteindelijk ben ik volledig gestopt en schreef ik me uit als psychiatrisch patiënt. Nadat ik eerder op 50-jarige leeftijd werd afgekeurd voor werk, heb ik in de loop der jaren mijn levensstijl aangepast en sinds een aantal jaren heb ik een nieuwe vriendin. Mijn ex wil nog altijd geen contact; zij wil het verleden laten rusten.

“Een keerpunt was voor mij het inzicht dat je beter bezig kunt zijn

met wat er op je pad komt, in plaats van je telkens te moeten bewijzen.”

Zingeving

Een nieuwe koers vond ik mede door het werk van de eerdergenoemde Joodse psychiater. Volgens hem kun je zelfs in de meest beroerde situaties een zin ontdekken. Voor mij komt het erop neer dat ik mijn eigen verhaal wil maken en de ingrijpende dingen die ik heb meegemaakt betekenis wil geven. Wie ben ik, wat is er gebeurd en hoe sta ik er nu in? Als vrijwilliger steun ik anderen die het moeilijk hebben en ik schrijf artikelen en boeken. We zijn als mens zo kwetsbaar, dat zit diep verscholen en soms komt dat aan de oppervlakte. Daar moet aandacht voor zijn, mensen moeten worden gezien en gehoord. Het is mijn overtuiging dat veel van de problemen die mensen hebben geen psychiatrische problemen zijn, maar voortkomen uit een gebrek aan zingeving en gevoel van eigenwaarde. Een keerpunt voor mij was het inzicht dat je beter bezig kunt zijn met wat er op je pad komt, in plaats van je telkens te moeten bewijzen. Hoe erbarmelijk de omstandigheden ook zijn, je leven heeft altijd zin.”

* Vanwege privacyredenen zijn namen en details aangepast.