Langs de zijlijn van de maatschappij

“Er zijn een paar dingen die je over mij, Artbrusher* (47) moet weten. Ik ben opgegroeid in een gezin waar weinig warmte was. Een doodongelukkige moeder vanwege haar incestverleden, een narcistische vader die geen affectie kan tonen en ikzelf, die regelmatig de grens overging. Toch ging de rest van mijn leven redelijk goed tot mijn 18e. Ik heb een hoog IQ, volgde een opleiding tot verpleegkundige en haalde goede cijfers. Wel blowde ik veel. Bij de eindexamens begon het mis te gaan.

Ik was teveel afwezig geweest en mocht geen examen doen. Ik kon mijn diploma niet behalen en hierdoor geen baan vinden. Via de gemeente ben ik op sociale werkplaatsen simpele klusjes gaan doen. Een mens wil gewoon werken en zich nuttig voelen en dat had ik ook heel erg nodig in mijn leven. Ik had nooit ergens een schouderklopje voor gehad. Ik zat alleen maar thuis naar een witte muur te kijken en kreeg nooit iemand op bezoek.

95% gek

Ik kwam bij een keuringsarts terecht die mij zonder onderzoek 95% gek verklaarde. Een schizoaffectieve stoornis, luidde het oordeel. Zo ben ik in de Wajong beland, een uitkering voor arbeidsongeschikte jonggehandicapten. Doodongelukkig ben ik een GGZ-instelling in de buurt binnengelopen. Ik werd weggestuurd met een pil en er werd niet gesproken over behandeling. Iedere keer dat ik terugkwam, kreeg ik een nieuwe dosis medicatie mee. Mijn enige dagbesteding was blowen. Ik begon te stelen om mijn cannabisverslaving te kunnen betalen en heb zoveel gerookt, dat ik op dit moment bijna doodga aan mijn COPD.

“Iedere keer dat ik mijn doodswens uitsprak,

werd ik in de cel gegooid.”

Na regen komt…?

Tien jaar na de verpleegopleiding kreeg ik een relatie. Door haar heb ik uiteindelijk toch mijn diploma gehaald met negens en een acht; ik was super trots. Ik liep stage in een verpleegtehuis waar ik met ouderen schilderde en over het leven sprak. Ik kon mijn creativiteit combineren met mijn opleiding. Al werkte de relatie uiteindelijk helaas niet, toch leek alles beter te gaan. Tot ik een nieuwe bovenbuurman kreeg…

De bovenbuurman

Hij trapte mijn voordeur in en schreeuwde dat hij me gehandicapt sloeg als ik mijn tuin niet aan hem zou afstaan. Ik heb hulp gezocht bij de woningbouwvereniging en de wijkagent, maar die zeiden dat ik en mijn psychiatrische diagnose het probleem waren. Met mijn aangifte werd niks gedaan. Ik werd nog twee keer onderuit getrapt op mijn eigen oprit, deed weer aangifte, maar kreeg te horen dat ik het waarschijnlijk zelf uitlokte. De keer daarna sloeg hij me naar de grond met een boksbeugel. Ik viel met mijn hoofd op straat en was buiten bewustzijn. Toen ik bijkwam, dwong hij mij zijn hand te schudden. Precies dat moment kwam de politie aan en zei: “Ah, goed te zien dat u het weer heeft opgelost.” Uiteindelijk kreeg hij een taakstraf van 30 uur en ik een boete van 150 euro. Toen heeft hij ook nog mijn twee poezen vermoord, terwijl dat mijn kindjes waren. Ik wilde alleen nog maar dood.

Bergafwaarts

Sindsdien heb ik neuropathische pijnklachten in mijn nekwervels. Ik ben bij meerdere huisartsen weggestuurd met de boodschap: “Hier gaan we niet aan beginnen, ga maar naar een psychiater”. Ik gebruikte veel cannabis tegen de pijn in mijn nek, kampte met een posttraumatische stressstoornis en ging steeds meer drinken. Regelmatig werd ik ergens van straat geraapt door de politie. Ik zag het niet meer zitten. Iedere keer dat ik mijn doodswens uitsprak, werd ik in de cel gegooid. Ik had zoveel behoefte aan hulp, maar kreeg alleen de politie op mijn dak.

“Toen heb ik mezelf in brand gestoken bij haar op de stoep.”

Verdwaald in het systeem

Uiteindelijk kreeg ik een huisarts die vlakbij mij woonde. Zij stelde dat er niks verkeerd zat in mijn nek en wilde me niet doorsturen naar een neuroloog. Toen heb ik mezelf in brand gestoken bij haar op de stoep. Ik werd weer opgepakt, heb 17 dagen in de cel gezeten en vervolgens gewoon thuis afgezet. Ik heb zoveel gedoe gehad met justitie en het leek alsof niemand mij wilde helpen. Niemand vertelde mij dat ik gewoon bijstand kon aanvragen voor facturen van medische-experts of advocaten. Ik verdronk in het systeem en voelde me niet gehoord. Ik sta al 25 jaar langs de zijlijn van de maatschappij waarin ik zo graag had meegedraaid. Ik heb tien jaar lang iedere dag dood gewild.

De GGZ

Ik heb het gevoel dat de GGZ mij al vroeg op een bepaalde manier heeft geprofileerd en heb hierbij racisme ervaren. De groep van de samenleving waarin ik leef, heeft vaak minder sociale vaardigheden, maar heeft evenveel recht op goede zorg. Je wordt met een blauw zwaailicht uit je huis gehaald, krijgt direct een label en een lading medicatie, maar vervolgens is er geen hulp. Zo’n label blijft je achtervolgen vanwege de stigmatisering. Het zou beter zijn om eerst naar de thuissituatie en achtergrond te kijken en vooral te luisteren. Ik zou graag zien dat de GGZ toegankelijker wordt en voor iedereen de juiste hulp zoekt. Je wilt voorkomen dat mensen in de Wajong-uitkering raken en vanaf de zijlijn staan toe te kijken.

De toekomst

Wat betreft de toekomst heb ik weinig te willen. Ik ben gestopt met medicinale cannabis, wat voor mijn COPD beter is. Ik slik antidepressiva, die enigszins helpt tegen de pijn in mijn nek. Helaas heb ik ontzettend weinig zuurstof en ik denk niet dat het mij nog gaat lukken om te stoppen met shag roken. ‘s Ochtends is het zuurstofpercentage in mijn bloed vaak zo laag, dat ik acuut naar het ziekenhuis moet. Dus ja, zoveel toekomst is er wat mij betreft niet meer. Wel krijg ik veel energie uit mijn museumproject. In mijn slechtste periode maakte ik iedere dag een paar tekeningetjes over mijn verhaal, waar ik al mijn frustratie in stopte. Momenteel werk ik keihard en word ik geholpen om mijn kunst in het museum te krijgen en mijn verhaal te delen. Mijn boodschap? De GGZ moet minder gek.”

* Vanwege privacyredenen zijn namen en details aangepast.