Van het kastje naar de muur: de zoektocht naar passende hulp

KanoënMia* (46) heeft het niet altijd makkelijk gehad in haar jeugd. Haar moeder heeft een verstandelijke beperking, haar vader is laaggeletterd en ze groeide deels op in pleeggezinnen. Daarbij gingen haar ouders scheiden. Toch redde Mia zich altijd goed. Een conflict met een leidinggevende confronteerde haar jaren later echter met onderliggende problematiek en een sluimerende depressie. Na 13 jaar zoeken, vele intakegesprekken en nog veel meer doorverwijzingen vond ze de juiste hulp. Maar de zoektocht ging niet zonder slag of stoot.

“Het conflict met mijn leidinggevende legde oude patronen bloot. Ik was vaker vastgelopen, maar had daar nooit bij stilgestaan. Ik besloot hulp te zoeken en startte met een deeltijdbehandeling, waar ik de diagnose borderline kreeg. Ik kon me niet uiten, was depressief en klampte me vast aan mijn zorgcoördinator. Ik zocht veel contact en stuurde haar dagelijks e-mails. Dit liep uit de hand en dus werd de behandeling gestopt. Ik stond op een wachtlijst voor beschermd wonen, maar kreeg een week voor de verhuizing te horen dat mijn problematiek toch te complex was. Teleurstelling op teleurstelling. Ik deed vele intakegesprekken, maar alle instanties schrokken van de situatie met mijn vorige zorgcoördinator en ik werd overal afgewezen. Doordat passende zorg uitbleef, gleed ik verder weg in mijn depressie. En toen kreeg ik borstkanker.

Borstkanker

Vanwege de borstkanker kon ik terecht bij een GGZ-centrum voor mensen met kanker. Mijn borderline en de behandeling hiervoor kwamen even op pauze te staan. Ik had mijn hoofd al vol alle angst die bij de ziekte kwam kijken. Toen ik klaar was met de behandeling kwam mijn borderlineproblematiek weer naar voren. Ondanks de goede klik met mijn behandelaar mocht ik niet blijven nu ik niet langer ziek was. Ik vond het jammer dat er zo in hokjes werd gedacht. Hierop volgden wederom een heleboel doorverwijzingen en alle instanties bestempelden mijn problematiek als te complex om te behandelen. Ik kwam bij een verpleegkundig specialist terecht, die mij niet kon bieden wat ik nodig had. Zij verwees mij door naar een kleine GGZ-instelling waar ik mij op mijn plek voelde. Helaas werd mijn behandelaar ziek en heerste er onduidelijkheid over de duur hiervan. Ik heb haar om verduidelijking gevraagd en regelmatig gemaild, maar kreeg nooit antwoord. Hierdoor werd ik weggestuurd.

Chronisch onbehandelbaar

Ik kwam op de wachtlijst te staan voor de afdeling borderline van een grote GGZ-instelling en liep in de tussentijd bij een vrijgevestigde psycholoog. Zij heeft mij erg moeten begrenzen, maar op een gegeven moment voelde ik dat zij mij niet los zou laten. Dat had ik nodig om haar te vertrouwen. Ik ben anderhalf jaar bij haar in behandeling geweest en het was een fijne tijd. Toen ik aan de beurt was bij de borderline afdeling, werd ik direct na binnenkomst weer weggestuurd omdat ik volgens hen autisme had. Bij de behandeling voor autisme die hierop volgde liep ik echter vast vanwege mijn borderline. Ik kreeg te horen dat ik chronisch onbehandelbaar was en dat deed pijn.

“Ik kon pas therapie aangaan toen

een behandelaar mij het gevoel gaf dat ze voor mij ging.”

Razendsnel herstel

Ik startte met gesprekken bij een vrijgevestigde psychiater/psychotherapeut. Bij haar ben ik tegenwoordig nog steeds in behandeling. We zijn bezig met sensorimotor therapie en traumatherapie en dat gaat goed. Zij leert mij omgaan met mijn borderline problematiek en inmiddels zijn we al aan het afbouwen. Binnenkort kan ik verder zonder hulp van de GGZ. Ik vind het ongelooflijk hoe ik binnen twee jaar van ‘chronisch onbehandelbaar’ naar zo’n snelle vooruitgang richting herstel kan gaan. Het traject vanaf mijn eerste aanmelding tot nu heeft dertien jaar geduurd.

Denken in hokjes

Ik heb gemerkt dat het GGZ-systeem niet bij mij past. Mijn angst voor afwijzing en moeite om anderen te vertrouwen werden versterkt door de eindeloze stroom afwijzingen. Ik ging van het kastje naar de muur. Therapie werkt pas als je de behandelaar vertrouwt en door alle afwijzingen vertrouwde ik niemand. Degenen die mijn vertrouwen hebben gewonnen, zijn degenen die zich niet lieten remmen door het systeem. Zij gingen een stapje verder door naar mij als persoon te kijken en wat ik nodig had. De ‘juiste’ plekken waarvoor ik soms jaren op de wachtlijst stond konden mij niet helpen, maar individuele behandelaren die volgens het boekje niet de ideale plek voor mij waren, zagen wel mijn potentie. Ik weet dat ik aan de buitenkant heftig gedrag vertoon, maar de dynamiek die daaronder ligt is heel anders. Door het hokjes-denken dat nu nog veel gebeurt in de GGZ bleef het aan de oppervlakte en werden mijn onderliggende problemen niet gezien.

“Niemand wist van mijn eenzaamheid.”

Eenzaamheid

Tijdens mijn zoektocht heb ik me erg eenzaam gevoeld, terwijl ik een heel sterke behoefte aan verbinding heb. Door mijn werk als sociaal cultureel werker heb ik beroepsvaardigheden ontwikkeld waarmee ik anderen gemakkelijk met elkaar in verbinding breng, maar voor mezelf lukt dat niet. Ik heb veel schaamte ervaren rondom mijn eenzaamheid. Niemand wist ervan. Ik had niet het gevoel dat de GGZ mij ondersteunde bij het bouwen van verbinding. Door mijn werk en de sociale contacten binnen de kanovereniging leer ik dit nu voor het eerst. Ik merk dat ik steeds meer contact met anderen aanga en ervaar voor het eerst ook steun vanuit mijn omgeving. Laatst was ik afgewezen bij een sollicitatie en toen kreeg ik een appje van iemand uit de kanovereniging die zei dat ze het erg jammer voor me vond en dat ze mij erg vond gegroeid het afgelopen jaar. Zulke berichtjes heb ik nooit gekregen. Dat vind ik heel lief.

De toekomst

Herstel gaat over verschillende leefgebieden, breder dan alleen mentale gezondheid. Ik ben naast mijn zoektocht naar behandeling altijd bezig gebleven op andere leefgebieden. Dat heeft geholpen bij mijn herstel. Vanuit mijn nieuwsgierigheid en hobby’s heb ik aansluiting kunnen vinden. Ook werk en opleiding waren belangrijke pijlers in mijn herstel. Met vallen, opstaan en weer doorgaan vind ik mijn weg. Ik kijk met een open blik naar de toekomst: ik zie wel wat er op mijn pad komt. Ik maak me er geen zorgen over. De kracht van mijn verhaal zit in het doorzetten.”

* Vanwege privacyredenen zijn namen en details aangepast.