Er zat een wond die mensen van buiten konden zien, maar niet mee om konden gaan

Kees* (59) maakte op jonge leeftijd de zelfmoord van zijn zus mee. Jarenlang heeft hij hiermee geworsteld met weinig steun van de omgeving door het taboe dat op dit onderwerp heerste. Hij miste professionele hulp en hulp van zijn familie en naasten. Uiteindelijk heeft hij zijn weg kunnen vinden en zijn verhaal kunnen vertellen in een boek.

‘’Na een heftig fietsongeluk kreeg mijn zus het zowel fysiek als mentaal zwaar. Nadat ook anorexia om de hoek kwam kijken kwam zij op een gesloten afdeling terecht in de GGZ. Dit maakte een enorme indruk op mij als achttienjarige jongen. Je praat met je zus, maar het is moeilijk om het allemaal goed te bevatten en te begrijpen. Je ziet voor het eerst iemand in deze situatie die zo dichtbij je staat en waar je zoveel leuke dingen mee hebt gedaan. Voor mij was er sprake van onbegrip wanneer ik hier op terugkijk. Ik begreep het niet. De gesprekken met mijn zus vond ik fijn, maar wat betreft de omgeving dacht ik: wat doet zij hier?

Toen alles veranderde

Mijn zus besloot op een gegeven moment te vluchten uit de instelling. Ze ging weer op kamers wonen en kwam in het weekend thuis. Het ging toen gauw bergafwaarts. Tot zij op een dag besloot om uit het leven te stappen.

Ik zat toen het gebeurde in mijn eindexamenjaar. Ik wilde gaan studeren, maar na de gebeurtenis dacht ik: ik stop er maar mee. Met hulp van de leraar heb ik het uiteindelijk toch afgemaakt. Ik heb met de gebeurtenis zelf nog vier jaar dagelijks rondgelopen. Maar ik heb het nooit kunnen accepteren. Na school afgemaakt te hebben, ben ik gaan studeren. Ik kwam terecht in de studentenkamer van mij zus, met haar vrienden in hetzelfde huis. Ruim twee jaar was ik een beetje van mijn pad af. Ik nam verkeerde beslissingen. Ik liep rond met de gedachte dat wat er met mijn zus gebeurd is genetisch was. Misschien is er ook wat met mij aan de hand.

“Ruim twee jaar was ik een beetje van mijn pad af.

Ik nam verkeerde beslissingen.”

Ik vond mijn weg

Gelukkig heb ik uiteindelijk ingezien dat dit een volslagen misvatting is. Na ruim twee jaar heb ik een keuze gemaakt. Ik kwam erachter dat het wonen in de oude kamer van mijn zus een slechte beslissing was. Ik ben naar een andere stad gegaan en ben een andere studie begonnen. Ik ben fanatiek gaan sporten en baantjes gaan zoeken. Ik maakte voor mijzelf een plan om stabiliteit in mijn leven te krijgen en dat is mij redelijk gelukt. Dit was niet bij iedereen gelukt, maar mijn eigen plan maken, dat heeft voor mij toen gelukkig wel gewerkt.

Taboe en geen steun van de omgeving

Hoewel ik mij gaandeweg weer op het rechte pad bevond, kwam dit vooral door mijzelf. Mijn ouders vonden een eigen manier om ermee om te gaan, waar ik soms steun in miste. Van de rest van mijn omgeving kon ik ook geen steun verwachten, er heerste een taboe op dit soort dingen. In die tijd was er minder informatie en toegankelijkheid over dit onderwerp dan nu. Mensen begrepen er niks van en wilden er ook niks van begrijpen. De enige vraag die werd gesteld was: ‘Waarom heeft zij jullie dit aangedaan?’ Verder begonnen ze er niet over en stelden ze geen vragen. Er zat een wond die mensen van buiten konden zien, maar ze konden er niet mee omgaan. Contact met andere mensen veranderde en vriendschappen van mijn ouders en mij verdwenen.

Wat ik nodig had gehad

Destijds heb ik geen professionele hulp gezocht, maar ik kon eigenlijk bij niemand terecht. Als ik toen hulp had gekregen, al was het slechts een luisterend oor, dan had dat mij erg kunnen helpen. In die tijd had je niet iets als een ervaringsdeskundige. Als ik zoiets had gehad, waren dingen heel anders gelopen. Iemand waarmee ik had kunnen praten, die hetzelfde of iets soortgelijks had meegemaakt en die mij daarin kon helpen en begrip ervoor had. Dat was voor mij heel belangrijk geweest. Gelukkig is dat tegenwoordig wel mogelijk, dat vind ik fantastisch. Kennissen stelden slechts de waarom-vraag, maar daar had ik niks aan. Het is gebeurd, ik moet het een plekje kunnen geven en stap voor stap daar een weg in vinden. Niet alleen in professionele hulp, maar juist in de naasten- en familiekring is dit erg belangrijk. Alleen luisteren en iemand zijn of haar verhaal laten vertellen, dat helpt vaak al enorm.

“Mensen begrepen er niks van en

wilden er ook niks van begrijpen.”

Hoe is het nu?

Je hebt altijd vechten en vluchten. Als ik terugkijk, denk ik dat ik vooral gevochten heb. Wat ik heb meegemaakt heeft mij enorm gevormd, door ook die kant van het leven te zien. Ik had het alleen liever tien jaar later gehad, want ik was te jong om het allemaal goed te kunnen verwerken. Ik kan dingen in het leven beter relativeren en bepalen waar het leven nou echt om gaat. Mijn droom was om een huis in het buitenland met een zwembad te hebben. Na hard gewerkt te hebben, heb ik deze droom waargemaakt. Daarnaast heb ik een boek over mijn zus geschreven. Dit heb ik met twee doelen gedaan. Het eerste doel is om mijn zus bij mijn familie terug te krijgen. Het tweede doel is suïcide-preventie, waar de opbrengst van dit boek naartoe gaat.

Na alles wat ik heb meegemaakt en na mijn onderzoek voor het schrijven van het boek heb ik nog een laatste belangrijke boodschap: Het unieke verhaal van iedereen moet voorop staan, niet iemands diagnose.”

* Vanwege privacyredenen zijn namen en details aangepast.