Dat uitgerekend Anna* (47) een depressie kreeg, is eigenlijk vreemd. Ze was altijd bezig, kende veel mensen en was vrolijk. De depressie overviel haar, zoals je plotseling een smak kan maken en je arm breekt. Het liefst zou ze de depressie willen oplossen zoals ze gewend is zaken aan te pakken: door iets te dóen. Maar dat bleek in het geval van een depressie niet te werken. Ze zocht hulp bij verschillende zorgverleners, en kwam erachter dat ze juist herstelt door niks te doen. Hoe beter ze zich over kan geven aan hoe ze zich voelt, hoe minder de depressie haar in de weg zit.
“Vijf jaar geleden kreeg ik voor het eerst last van een depressie. Ik werkte op dat moment als jeugdhulpverlener en dat lukte me vanaf dat moment niet meer. Ik stopte met werken en ging op zoek naar hulp. Na een aantal trajecten kwam ik uiteindelijk bij een psychiater terecht, door wie ik nu nog steeds behandeld word. De gesprekken hielpen, maar het ging vaak over mijn gedachtes en niet over mijn gevoelens. Terwijl ik juist door het niet uit kunnen spreken van mijn emoties een spanning had opgebouwd in mijn lichaam. Daarom heb ik ook andere, aanvullende, therapieën uitgeprobeerd.
In een warme deken
De meest bijzondere ervaring had ik bij een antroposofische therapeut. Ze deed een speciale massage over mijn rug, waarbij als het ware je bovenpool en onderpool weer worden teruggedraaid. Want blijkbaar staan die bij mensen met een depressie verkeerd om. Het is de bedoeling dat je na die massage meteen in beweging komt, maar dat lukte me gewoon niet. De therapeut was heel begripvol, ze masseerde me met een verwarmende olie, wikkelde me in een deken en liet me liggen, zolang ik zelf wilde. Het was voor het eerst dat ik helemaal niks hoefde. Ik hoefde niet te vechten en niet te denken.
Gevoelens verdragen
Toen ik onder die deken lag, realiseerde ik me dat ik juist door niks te doen mijn lichaam rust gaf om te herstellen. Ik ben zo gewend altijd maar bezig te zijn en als ik iets wil, dan ga ik er voor de volle honderd procent voor. Mijn depressie wilde ik de baas worden door er iets tegen te doen. Maar hoe ik ook vecht, de depressie gaat niet weg. De enige manier om het van mijn depressie te winnen, is door hem te accepteren. Als ik mijn gevoelens kan verdragen, hoe somber, angstig of duister die soms ook zijn, heb ik meer grip op de depressie. Om tot dat besef te komen, heb ik een flink aantal hulpverleners gezien. Elke therapeut heeft zijn eigen behandelmethode. Zo doorliep ik dus telkens een nieuw proces en dat was af en toe vermoeiend. Al die tijd bleef ik wel mijn psychiater zien, dat gaf een zekere houvast.
“Deze depressie past niet bij me en ik ben bang voor de vooroordelen.”
Antidepressiva
Een paar maanden geleden ben ik begonnen met antidepressiva. Het werd herfst en ik voelde hoe ik langzaam weer een depressie in gleed. Ik had al zoveel therapieën gevolgd en ik zag geen andere uitweg meer. De medicatie sloeg meteen aan en ik was opgelucht maar ook behoorlijk boos. Ik had op zoveel manieren geprobeerd de depressie uit mijn lichaam te krijgen en nu bleek dat een simpele pil genoeg was om me ervan te verlossen. Het werd me duidelijk dat de medicatie enkel de symptomen wegneemt, waardoor ik rust krijg om met de depressie om te leren gaan.
Vooroordelen
Ik vertel mensen niet graag dat ik een depressie heb. Deze depressie past niet bij me en ik ben bang voor de vooroordelen. Helemaal ingewikkeld zijn de suïcidale gevoelens, die bij tijd en wijle de kop op steken. Het is heel lastig om het daarover te hebben. Toen ik eens op een slecht moment bij mijn huisarts was, wuifde hij dat tijdens een gesprek weg met: “daar hoeven we bij jou niet bang voor te zijn, hè?” Voor mijn kinderen heb ik een tijd geprobeerd mijn depressie te verzwijgen. Overdag, als ze op school zaten, had ik tijd om depressief te zijn. Maar na school probeerde ik zo goed en zo kwaad als het ging de zorgzame en actieve moeder te zijn. Uiteindelijk wist ik dat ik het ze zou moeten vertellen en heb ik een lange brief geschreven die ik aan hen voorlas. Daar reageerden ze allemaal op hun eigen manier op en dat was uiteindelijk een heel mooi moment.
Niet bevrijd van depressie
Ik heb ongelooflijk veel over mezelf geleerd in de afgelopen vijf jaar. In zekere zin is de depressie dus ook een aanleiding geweest voor een persoonlijke ontwikkeling. Maar helaas is het niet zo dat ik, nu ik mezelf nog beter ken, ook bevrijd ben van de depressie. Ik ben bang dat ik de depressie altijd met me mee zal dragen en dat vind ik geen prettig vooruitzicht. Ik maak van de nood een deugd en zoek steeds meer actief initiatieven op, die iets met depressie en theater te maken hebben zodat ik mijn ervaring kan inzetten. Ik hoop dat ik steeds beter met mijn depressie zal leren te leven.”
* Vanwege privacyredenen zijn namen en details aangepast.